15.4.1 Hoeveel cliënten zijn er per financieringsstroom?

Definities

• Cliënten die op de peildatum beschikten over zowel een traject gebaseerd op de Zvw als een Wlz-indicatie worden in zowel de Wlz als de Zvw meegeteld. Idem voor andere regelingen.
• Er worden unieke aantal cliënten geteld. Dit betekent dat het totaal kleiner kan zijn dan het aantal per wet.
• Opgenomen in de Algemene Uitgangspunten zijn: vestiging en peildatum.

Toelichting

• Op dit moment worden bij overige indicaties de forensische zorg-indicaties meegeteld.
• De inputparameter voor deze indicator is een peildatum (dd-mm-jjjj) en het zorgkantoor. De vestigingen worden getoond op de zorgkantoor-regio van het zorgkantoor; dit betekent dat voor sommige zorgaanbieders een deel van haar vestigingen worden getoond.

Berekening

1. Selecteer alle indicatiebesluiten³ die op de peildatum¹² geldig zijn en actief zijn op de betreffende vestiging².
2. Bepaal of deze indicatiebesluiten³ of deze Zvw⁴-, Wlz⁵-indicaties of overige indicaties zijn.
3. Bepaal de unieke cliënten¹ bij deze indicatiebesluiten³, zowel voor Wlz⁵, Zvw⁴, Wmo⁶ of Overig.
4. Haal voor alle vestigingen² het vestigingsnummer⁷ op. Dit is de input voor de rijen van de eerste kolom, indeling.
5. Filter de vestigingen² op de zorgkantoor-regio¹¹. Haal hiervoor voor alle vestigingen² het lokaliseerbaar gebied⁸, de 6 cijferige postcode op. Leidt de eerste vier cijfers af van stap 6, de afgeleide postcode wordt gebruikt om een postcodegebied⁹ op te zoeken. Het postcodegebied⁹ maakt deel uit van een administratief gebied¹⁰, de zorgkantoorregio¹¹.

Begrippen en ontologie

• ¹. client
• ². vestiging
• ³. indicatiebesluit
• ⁴. Zvw-indicatie
• ⁵. Wlz-indicatie
• ⁶. Wmo-indicatie
• ⁷. vestigingsnummer
• ⁸. lokaliseerbaar gebied
• ⁹. postcodegebied
• ¹⁰. administratief gebied
• ¹¹. zorgkantoor-regio
• ¹². Peildatum in Algemene Uitgangspunten