Uitwisselprofiel Zorgkantoren Ondersteuning cliëntkeuze verpleging en verzorging

Over Uitwisselprofiel Zorgkantoren Ondersteuning cliëntkeuze verpleging en verzorging


Publicatiedatum:
17-11-2025

Inwerkingtreding:
17-11-2025

1.4. Welke zorgprofielen kunnen geleverd worden bij de combinatie van leveringsvormen deeltijdverblijf?

Toelichting

  • Uitwerking binnen het kader van de Wlz.
  • Uit de data wordt de geleverde zorg in het lopende jaar berekend. De zorgaanbieder kan dit in het datastation aanpassen naar het actuele zorgaanbod indien dit afwijkt. Het zorgaanbod is wat de zorgaanbieder op die vestiging wil, kan en mag leveren; dit houdt bijvoorbeeld rekening met de contractafspraken met de zorgkantoren op organisatie-niveau.
  • In verband met de efficiëntie van de gegevensverwerking wordt de geleverde zorg bepaald op basis van indicatiebesluiten. Aangenomen wordt daarbij dat die zorg ook werkelijk geleverd is.
  • Alleen indicatiebesluiten betreffende leveringsvorm Verblijf worden geïncludeerd waarbij t.b.v. de betreffende cliënt in dezelfde indicatieperiode ook een indicatiebesluit voor MPT en/of PGB bestaat.
  • Zorgprofielen VV-4 t/m VV-9b en LG-1 t/m LG-3 worden geïncludeerd. VV-0 t/m VV-3 bestaan niet meer in de wet of in de ontologie van KIK-V. V-9B kan enkel in in combinatie met leveringsvorm verblijf.
  • Een indicatie valt in de meetperiode als er minimaal 1 dag overlap zit tussen de indicatieperiode (startdatum tot en met einddatum) en de meetperiode. Evenzo valt een indicatie in een kwartaal als er minimaal 1 dag overlap zit tussen indicatieperiode en het betreffende kwartaal.
  • Per vestiging kunnen meerdere zorgprofielen geleverd zijn.
  • De inputparameters voor de technische uitwerking (SPARQL) zijn startperiode en eindperiode (dd-mm-jjjj). In het uitwisselprofiel worden deze gezet op de laatste dag van het afgelopen kwartaal (eindperiode) en 1 januari van dat jaar (startperiode).

Berekening

  1. Selecteer alle indicatiebesluiten1 waarbij
    • de leveringsvorm Verblijf2 is en in de indicatieperiode voor dezelfde cliënt3 tevens een indicatiebesluit1 met leveringsvorm MPT4 of PGB9 bestaat en
    • het zorgprofiel5 ligt in VV-4 t/m VV-8 of LG-1 t/m LG-36 en
    • de indicatieperiode overlapt met de meetperiode, dus het gevraagde kwartaal.
  2. Bepaal van ieder indicatiebesluit1 de vestiging7 waar de cliënt3 verblijft. Dit is de vestiging7 die telt, ook als deze afwijkt van de vestiging7 van waaruit de MPT4 is geleverd.
  3. Haal voor alle vestigingen7 het vestigingsnummer8 op. Dit is de input voor de rijen van de eerste kolom, organisatieonderdeel.
  4. Rapporteer per vestiging7 welk(e) zorgprofiel(en)5 (VV-4 t/m VV-8 en LG-1 t/m LG-36) minimaal eenmaal zijn geïndiceerd. Geef voor deze zorgprofielen ja of nee terug.
Indeling4VV5VV6VV7VV8VV1LG2LG3LG
Vestiging 1Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4
Vestiging 2Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4
Vestiging nStap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4Stap 4

Begrippen en ontologie

1 Indicatiebesluit
2 Verblijf
3 Cliënt
4 Modulair Pakket Thuis
5 Zorgprofiel
6 Dus sector VV of LG, ofwel een van de volgende zorgprofielen: 4VV, 5VV, 6VV, 7VV, 8VV, 1LG, 2LG, 3LG
7 Vestiging
8 Vestigingsnummer
9 PGB
10 Meetperiode in Algemene Uitgangspunten