3.1. Wat is het aantal wooneenheden onder en boven de sociale huurgrens?

Definities

Een sociale huurwoning kent een begrensde huur. De huur mag nooit hoger zijn dan een bepaald bedrag. Dit heet de maximale huurgrens van de woning. Het gaat om de rekenhuur bij de start van het verhuurcontract.
De sociale huurgrens betreft een rekenhuur van maximaal € 808,06 (Dit is de grens in 2023). De rekenhuur is de kale huur plus de servicekosten. Niet alle servicekosten tellen mee, alleen de 4 servicekostenposten die meegenomen worden in de huurtoeslag. Het gaat om 1 of meer van de volgende servicekosten:
- kosten voor schoonmaak van gemeenschappelijke ruimten;
- kosten energie voor gemeenschappelijke ruimten;
- kosten voor de huismeester;
- kosten voor dienst- en recreatieruimten. Per elk van deze vier groepen servicekosten telt maximaal €12,- mee met de rekenhuur. Overige servicekosten tellen niet mee. Zie bijvoorbeeld rijksoverheid.nl of belastingdienst.

Dit wordt divers vastgelegd door zorgaanbieders. Om deze voor zoveel mogelijk zorgaanbieders mogelijk te maken kijken we naar alle op de peildatum verhuurde wooneenheden.
Uitgangspunt van KIK-V is dat we zorgaanbieders bevragen over hun eigen organisatie. Bij Zorg thuis weet de zorgaanbieder niet altijd hoe het zit met de eigendomstructuur en huurprijzen. Er is dus geen mogelijkheid om dit aanbod mee te nemen.
De input voor deze indicator is een peildatum, opgegeven als dd-mm-jjjj

Deze berekening is nog in ontwikkeling en zal nog wijzigen, nadat de benodige concepten in de modelgegevenset zijn opgenomen.

Selecteer alle verhuurcontracten⁶ voor wooneenheden¹ die op de peildatum geldig zijn; dus de startdatum moet voor de peildatum liggen en de einddatum leeg is of na de peildatum liggen.
Bepaal per verhuurcontracten⁶ de vestiging², de startdatum, en de bij de start geldende de huur-³ en servicekosten⁴ per categorie.
Haal voor alle vestigingen² het vestigingsnummer⁵ op. Dit is de input voor de rijen van de eerste kolom, indeling.
Bereken voor de vier categorieën die mee tellen (zie definities) het minimum van servicekosten⁴ (indien relevant) en €12,-.
Tel voor elk verhuurcontract de huur³ op bij de vier berekende bedragen in stap 4. Dan krijg je per verhuurcontract de rekenhuur.
Bepaal op basis van de rekenhuur per wooneenheid¹ of deze onder of boven de sociale huurgrens valt, door de rekenhuur bij aanvang van het verhuurcontract te vergelijken met de sociale huurgrens die geldig was in het jaar van aanvang verhuurcontract zoals in de ttl staat. Wooneenheden zonder bekende huurkosten vormen een aparte categorie.
Bereken per vestiging² en voor de organisatie als geheel het totaal aantal wooneenheden¹, het aantal wooneenheden¹ dat onder de sociale huurgrens valt en het aantal wooneenheden¹ dat boven de sociale huurgrens valt.

Indeling	Aantal_verhuurcontracten	wv_onder_de_sociale_huurgrens	wv_boven_de_sociale_huurgrens	wv_zonder_bekende_huurkosten
Organisatie	Stap 7	Stap 7	Stap 7	Stap 7
Vestiging 1	Stap 7	Stap 7	Stap 7	Stap 7
Vestiging 2	Stap 7	Stap 7	Stap 7	Stap 7
Vestiging n	Stap 7	Stap 7	Stap 7	Stap 7

¹ WoonEenheid ² Vestiging ³ Huurbedrag ⁴ Servicekosten -> moet nog worden uitgesplitst per categorie ⁵ vestigingsnummer ⁶ [verhuurcontracten] -> moet nog in ontologie