2.36. Wat is het langdurend ziekteverzuimpercentage (excl. zwangerschapsverlof)?

Indicator

Teller:
Het totaal aantal gewogen ziektedagen (langdurend, exclusief zwangerschapsverlof) van personeelsleden in loondienst per vestiging en voor de gehele organisatie over de meetperiode.

Noemer:
Het totaal aantal gewogen kalenderdagen (op basis van parttimefactor) waarop personeelsleden in loondienst beschikbaar waren over de verslagperiode, per vestiging en voor de gehele organisatie.

Definities

In de Algemene Uitgangspunten zijn onder andere de volgende begrippen opgenomen:

• Peildatum, meetmoment en meetperiode
• Gebruik van vestiging
• Ziekteperiode indelen in kort of lang
• Uren omrekenen naar fte

Toelichting

• Het betreft alleen personeelsleden die op een vestiging werkzaam zijn.
• Alle personeelsleden in loondienst (zorg- en niet-zorg) worden geïncludeerd.
• Zwangerschapsverlof wordt uitgesloten.
• Ziekteperiodes van 29 dagen of langer worden geïncludeerd.
• In de berekening wordt de parttimefactor meegenomen.
• 1 ziektedag = 1 kalenderdag waarop een personeelslid ziek is.
• Wanneer het ziektepercentage bij de verzuimmelding ontbreekt, wordt het ziektepercentage verondersteld 100% te zijn.
• Indien een ziekteperiode langer doorloopt of nog geen einddatum heeft, wordt de einddatum van het kwartaal gehanteerd als einddatum van de ziekteperiode in de berekening. Voor de indeling kort- of langdurend verzuim wordt de startdatum niet aangepast.
• Voor het totaal van de organisatie hoeft geen zorgkantoorregiocode te worden opgenomen.
• Startdatum van de meetperiode is 1 januari van het voorgaande afgeronde jaar en de einddatum van de meetperiode is 31 december van het voorgaande afgeronde jaar, gegroepeerd per kwartaal.

Berekening

1. Selecteer alle geldige arbeidsovereenkomsten¹ van personeel in loondienst² die (gedeeltelijk) binnen de meetperiode³ vallen.
2. Leid per werkovereenkomst afspraak⁴ de bijbehorende vestiging⁵ af.
3. Haal voor iedere vestiging het vestigingsnummer⁶ op. Dit vormt de input voor de eerste kolom: organisatieonderdeel.
4. Haal het lokaliseerbare gebied⁷ (zes-cijferige postcode) op van iedere vestiging.
5. Leid uit de zes-cijferige postcode de eerste vier cijfers af; deze worden gebruikt om het postcodegebied⁸ te bepalen.
6. Het postcodegebied maakt deel uit van een administratief gebied⁹, namelijk de zorgkantoorregio. Haal de zorgkantoorregiocode op; dit is de input voor de tweede kolom: zorgkantoorregiocode.
7. Bereken de parttimefactor¹⁰ op basis van de contractomvang¹¹ en eenheid (bijv. uur per week).
8. Selecteer van alle personeelsleden in loondienst² de ziekteperiodes¹⁰ die 29 dagen of langer duren, exclusief zwangerschapsverlof¹².
9. Bepaal per persoon¹³ per arbeidsovereenkomst¹ per dag binnen de geselecteerde ziekteperiode¹⁰ het ziektepercentage.
   • Het percentage wordt gehaald uit verzuimtijdinformatie¹⁴.
   • Indien dit ontbreekt, wordt uitgegaan van 100% verzuim.
10. Bereken per dag binnen de meetperiode³ het ziekteverzuim door het ziektepercentage te vermenigvuldigen met de parttimefactor.
11. Bereken per vestiging⁵ en voor de totale organisatie¹⁵ het verzuimpercentage door:
    • alle parttime-gewogen ziektedagen (teller) op te tellen,
    • te delen door het totaal van parttime-gewogen kalenderdagen (noemer),
    • en het resultaat met 100 te vermenigvuldigen.
    • groepeer per jaar
12. Bereken per vestiging⁵ en voor de totale organisatie¹⁵ het verzuimpercentage door:
    • alle parttime-gewogen ziektedagen (teller) op te tellen,
    • te delen door het totaal van parttime-gewogen kalenderdagen (noemer),
    • en het resultaat met 100 te vermenigvuldigen.
    • groepeer per kwartaal

Begrippen en ontologie

¹ Arbeidsovereenkomst
² Personeel in loondienst
³ Meetperiode
⁴ Werkovereenkomst afspraak
⁵ Vestiging
⁶ Vestigingsnummer
⁷ Lokaliseerbaar gebied
⁸ Postcodegebied
⁹ Administratief gebied
¹⁰ Ziekteperiode
¹¹ Contractomvang
¹² Zwangerschapsverlof
¹³ Persoon
¹⁴ Verzuimtijd
¹⁵ Organisatie